De biddende mens

Door dr. K.D Goverts

André Neher heeft een prachtig stuk geschreven over het gebed, waar­bij hij teruggaat naar de Ma­ha­ral van Praag, een 16e eeuwse Jood­se denker. Hij zegt: het gebed, het tephillah is vooruit­den­ken. In feite heeft het He­breeuws geen apart woord voor ‘gebed’. Neher zegt: bidden is ‘penser en projet’ (denken in pro­ject), voor­uit­den­ken, projecterend denken. Op die manier ben je be­­zig met de toe­komst, met wat gaat worden, je bestem­ming. Maar tegelijk ben je daardoor ook bezig met de bestemming van de hele aarde, van de he­­le schepping. Het Hebreeuwse woord voor bid­den betekent ei­gen­lijk: oordelen, on­der­scheiden. Het gebed is dus hèt project bij uit­­nemendheid. D­e biddende mens is de mens, die zich uit­strekt, ge­richt op een doel. Het is de mens, die zich op weg begeeft. Het is de mens, die zich pro­jecteert van beneden naar boven. Hij zegt ook: het is ‘l’hom­me nostal­gique’, het is de mens met heimwee. Het is de mens met een onuitwisbaar verlangen. De rabbijnen zeggen: God bidt ook. In het gebed is de mens ook na­­vol­ger van God. En dan kun je de vraag stellen: tot wie bidt God dan? In ze­kere zin kun je soms zeggen: God bidt tot de mens, zo­als in er staat in de brief aan de Korintiërs: “En dat Hij ons het woord der verzoening heeft toevertrouwd. Wij zijn dus ge­zanten van Christus, alsof God door onze mond u ver­maan­­de (bad); in naam van Christus vragen wij u: laat u met God ver­­zoenen” {2 Kor.5:19,20}.

Wàt bidt God? En dan wordt er gezegd: dat het mijn wil zij, mijn ge­nade uit te breiden over al mijn schepselen. Bidden is hardop denken, bidden is met God meedenken. Opdat zijn wil geschiede gelijk in de hemel alzo ook op de aarde. Let op die volg­orde. Eerst de hemel en van daaruit de aarde. Hij bidt in de he­mel en zo bid­den wij op aarde. En als dat sa­men gaat stem­men, zijn hemel en aarde weer met elkaar in har­monie. Bidden is die eenheid tussen hemel en aar­de recreëren, herscheppen. De dui­­­vel heeft de hemel en de aarde uit el­kaar getrokken, dat pro­beert hij steeds weer en steeds meer. Hij is ook de diabolos, de uit­­­eensmijter, de chaotiseur. Bij de zondeval werden hemel en aar­­de van één tot twee. Dan gaan hemel en aarde langs elkaar heen leven en is het ver­band kwijt.

Door bidden worden de hemel en de aarde weer verenigd. Er staat: ‘Gelijk in de hemel alzo ook op de aarde’. Daarom is die volg­or­de ook zeer belangrijk. Het is jammer, dat het in be­paalde nieu­we­re versies van Het Onze Vader wordt omgedraaid: op aarde zo­als in de hemel. Maar die hemel moet eerst en dan de aarde. En als je zegt: in de hemel, is dat ook in jouw hemel, in jouw den­ken. Bidden is dus: lichaam stichten in de geest. Bidden is een tem­pel bou­wen in de geest.

 

 

 

Comments (0)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *