Goed en kwaad – rijp en onrijp

Door dr. K.D Goverts

Het is ook merkwaardig dat de begrippen goed en kwaad in het Ara­mees vertolkt worden met rijp en onrijp. Goed is rijp en kwaad is onrijp. Dus kwaad is datgene wat geen tijd gehad heeft om te rijpen. Dat geeft op zich ook te denken, want je kunt allerlei prach­tige theorieën beden­ken, maar als ze niet vanbinnen gerijpt zijn, dan zijn ze kwaad. Als iets rijp moet worden, heeft het tijd nodig om te rijpen. Je kunt het verge­lij­ken met on­rijpe appels en peren: daar kun je wel op trakteren, maar je gasten worden er niet blij van.

Moeizaam kauwend proberen ze die keiharde groene peertjes weg te krij­gen. De oude profeten zouden zeggen: De tanden worden er slee van. De SV spreekt in dit verband nog duidelijker taal en zegt: De tan­den worden er stomp van. Hoe het ook zij, het is bepaald geen traktatie, die onrijpe vruch­ten. Dus onrijpe theorieën moeten eerst nog een poosje worden weggelegd. Dat heeft te maken met het resultaat, met de vrucht die eruit komt. En toch heeft die vrucht dan ook weer te maken met de tijd die er overheen moet gaan om de vrucht te laten rijpen. In het Frans heet het zo mooi la maturité, de rijpheid. Onrijp is dan ook prematuur. En prematuur, dat wordt ook ge­zegd van een kind dat te vroeg geboren wordt. Prematuur betekent: te vroeg.

Zo is het met een geestelijke waarheid ook, die moet tijd hebben om in een mens rijp te worden. Als een mens iets ontdekt en hij gaat het ver­vol­gens met­­een, met gezwinde spoed, overal rondbazuinen, dan denk je ook: Het had nog wat meer moeten rijpen, het heeft dan nog geen ka­rakter gekregen. Dus: die lengte geeft de tijden aan die er over­heen gaan. De breedte van de aarde en de lengte van de tijden. De tijden die vòl wor­den, die compleet worden, gecomple­teerd.

 

Comments (0)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *