Door wie Hij ook de wereld geschapen heeft

Door dr. K.D Goverts

“Door wie Hij ook de wereld geschapen heeft” {Hebr.1:2}.

In de Griekse tekst staat in plaats van de wereld: de aeonen, de tijd­per­ken. ‘Door wie Hij ook de tijdperken ge­maakt heeft’, zoals er let­ter­lijk staat. In het Hebreeuws is het woord tijdperk ‘olam. Dat betekent ei­genlijk: Ver­borgen tijd. En dat kan dan zijn: verborgen tijd aan het be­gin, het gaat zo ver terug dat je het niet meer kunt zien. Maar het kan ook zijn: de ver­borgen tijd aan het eind. Je gaat dan zó ver in de toe­komst, dat je het ook niet meer kunt onderscheiden. Het zijn de tijden die ver­borgen zijn in het hart van de Eeuwige, de tijden die schuil gaan in het hart van God. Het woord ‘olam betekende dus oorspronkelijk eeuw en la­ter gaat het ook wereld betekenen. In 1 Timoteüs 1:17 staat: ‘Koning der Eeuwen’; dat be­te­kent:  ‘De Koning van de Tijdperken’. Hij is het, die alle tijden en tijdperken in zijn handen houdt.

Door wie zijn nu die tijdperken gemaakt, zoals dat kleine zinnetje van die tekst: Hebreeën 1:2 zegt? Ik denk dat het dit betekent: Toen God be­gon met scheppen, de he­mel en de aarde, de wereld, toen had Hij die Ene al voor ogen, die Ene, de Volmaakte, de Zoon. Dat was om zo te zeg­­gen de blauw­druk. Als een architect een tekening van een gebouw heeft ge­maakt, dan weet hij al precies hoe het gebouw gaat wor­den, ook al ligt er nog geen enkele steen van op zijn plaats. Ja, voordat hij een te­kening heeft ge­maakt heeft hij het eind­resultaat al voor ogen. De archi­tect wéét waar hij naar toe gaat, hij weet ook dat het gebouw gere­ali­seerd zal worden. In feite is Hebreeën 1 hetzelfde als Genesis 1. In het eer­ste vers van Ge­ne­sis staat ‘in de beginne’.  Maar, zeggen de rabbijnen, je kunt ook ver­ta­len: “Door een begin schiep God de hemel en de aarde” Je kunt ook vertalen: “Door een beginsel, door een prin­cipe”. Dus toen God ging scheppen, had Hij één principe voor ogen. Dat principe had God al in zijn hart. En via dat grondbeginsel is Hij alles gaan maken.

Dat principe was de wijsheid.
Dat principe was het zoonschap.
Dat principe was de volmaakte mens.

Daarom heeft God gezegd: We maken een hemel, we maken zelfs he­me­­­len. We maken een aarde, waar dat zoonschap tot ontwikkeling kan ko­men, waar de mens groeien kan. En door Jezus is God bezig die nieuwe hemel en die nieuwe aarde te scheppen en te recreëren. Dat wordt met recht een re­cre­atie.

 

Comments (0)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *