De we­reld is de aarde niet

Door dr. K.D Goverts

Hoe intenser je met God leeft, hoe meer je ook van de aarde gaat hou­den. Soms zijn er in de christelijke eindtijd-visies bepaalde idee­ën bin­nen­ge­slo­pen in de geest van: ‘Wijk thans o wereld uit mijn oog’.  Maar de we­reld is de aarde niet! Dat is iets anders. Ik heb in een samenkomst meegemaakt, dat er in de zangdienst ge­zegd werd: Je ziet dat het allemaal achteruit gaat, het milieu gaat ach­­­teruit, de lucht­verontreiniging, het klimaat, en….. Het wordt al­le­maal steeds min­der.   Maar, werd er toen gezegd, gelukkig komt de Heer ons straks ha­len en dan gaan we naar de hemel. En dan denk ik: nu moet je toch oppassen, wat zeg je nu toch! Dan be­kruipt mij toch ergens het gevoel, dat dit niet de echte vertroosting is. Dan zeg ik het nog heel voorzichtig. Want dan ga je eigenlijk de aarde prijsgeven en zeggen: dat is ver­loren terrein. De aarde gaat straks toch verdwijnen, maar goed, God maakt wel een nieuwe. Ja, maar zo is het niet. Daar kun je God niet mee troosten, door te zeggen: Here God, U maakt toch gewoon een nieu­­­­we aarde. Dat is voor God geen troost, want er staat: Zie, Ik maak alle dingen nieuw”  {Op.21:5}.

Maar God maakt geen nieuwe dingen, dat is een heel verschil. Hij maakt geen nieuwe din­gen, maar Hij maakt alle dingen die er zijn, weer he­­le­maal nieuw. Dus het gaat niet om een andere planeet, maar het gaat er­om dat deze pla­neet vernieuwd wordt.

Met reikhalzend verlangen
Dat hebben de profeten ook altijd gezegd: En de heerlijkheid des HEREN zal zich openbaren”  {Jes.40:5}. Deze aarde zal de heerlijkheid Gods zien. En als je dat loslaat, kun je wel ophouden, dan ga je over op een soort doemdenken.  Pau­lus zegt ook in Romeinen 8:  “ Want met reikhalzend verlangen wacht de schepping op het open­baar worden der zonen Gods»  {Rom.8:19}.

Dat is een zeer stevig fundament. Waar zien ze naar uit? Niet naar het einde, maar naar de onthulling, (de apo­calyps staat er) de onthulling van de zonen Gods. En dan staat er zo mooi: met reikhalzend verlangen”. De SV zegt: met opge­sto­ken hoofd”.  Ik stel me dat zo voor, zoals je vroeger in de rij stond te wachten als de Ko­ningin langs zou komen. Ze stonden dan soms drie rijen dik vóór je. Dus met reikhalzend verlangen” staat die schepping ook zo te wachten. De schepping wacht niet op het einde, niet op het mo­ment dat het doek valt, maar op het moment dat het doek opengaat. Ont­hul­ling staat er, dan gaat de bedek­king eraf.

Er staat dan in Romeinen 8: “Want de schepping is aan de vruchteloosheid onderworpen, niet vrijwillig, maar om (de wil van) Hem, die haar daaraan onderworpen heeft, in hope ech­ter…..” Rom.8:20. Dus heel de schepping is doortinteld van hoop. Heel de schepping hoopt, alleen de mens moet dat vaak nog leren. Wat dat betreft is de mens vaak een laatkomer. In heel de schepping zit die hoop, al die schep­selen wil­len leven. Een dier wil niet dood, het zal alles doen om te leven. Dus heel de schepping is in hope, die is in ver­wachting, want die is niet vrij­willig on­der­worpen aan de vruch­­­te­loos­heid. Die ziet uit naar de bevrij­ding. Dat zegt Paulus ook in Romeinen 8:

“Want wij weten, dat tot nu toe de ganse schepping in al haar delen zucht en in barensnood is. En niet alleen zij, maar ook wijzelf”   {Rom.8:22,23}.

 

Comments (0)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *